De magie van Pinkpop 2022

tekst: Marieke Weijs

Onder de muziek en festivalliefhebbers is “Pinkpop” een eigenlijk altijd een onderwerp van discussie. Want er is eigenlijk altijd wel iets niet goed aan Pinkpop. “Leunt op grote namen, weinig verrassend, beginnersfestival..” zijn termen die ik regelmatig voorbij heb horen komen. Afijn.. ik hou dus wel van Pinkpop.

Die liefde begon op 16 jarige leeftijd toen ik begon met een dagje. Én wat voor een dagje. Met “de mannen” mee in de auto, de kofferbak vol met lauw bier en pakjes Lucky strike en de CD speler op standje onnozel. Ik weet er verder niet heel veel meer van, behalve dat ik (naïef als ik was) belandde in de moshpit bij Rammstein en door het stof, zweet, bier en grote mannen met ontbloot bovenlijf om mij heen niet meer wist waar ik het zoeken moest. Daarna volgden weekenden met weinig slaap, veel lauw bier uit blik en wijn uit pak, koffie uit het opschenkfilter, veel muziek en een hoop lol. De details zal ik jullie besparen, uit respect voor de betrokkenen. (lees verder)

Na de “gloriejaren” volgde er een periode dat het even wat lastiger was om een heel weekend van huis te gaan. Af en toe een dagje, of een los concert.. en daar bleef het bij. 2 jaar geleden dácht ik dat daar verandering in zou komen.. voor mijn verjaardag kreeg ik tickets voor het hele weekend Pinkpop .. maar een of ander virus gooide langer dan verwacht roet in het eten. Dat zelfde virus nam tevens een van mijn grootste passies én allerfijnste uitlaatklep weg;
Live muziek. Opgaan in je grootste passie, vér weg van de bewoonde wereld waar je geacht word “normaal” te doen. Mensen ontmoeten met dezelfde passie als jij. Jezelf 3 dagen van podium naar podium slepen met een biertje in je hand, het leven bespreken met compleet vreemden in de rij voor de dixi’s. Dansen tot je voeten er vanaf vallen en geen besef hebben van tijd of de buitenwereld.

Afijn, in 2022 kwam de herkansing. Ik wist niet zo goed óf ik het nog zou kunnen, al die prikkels.. mensen, weinig slaap. 2 jaar Corona laat zijn sporen achter.
Máár het lukte! Met een seniorencamping als prikkelarme uitvalsbasis. Ik raakte volledig overweldigd door de nederigheid en kwetsbaarheid van Pearl Jam. Hing op blote voeten aan de lippen van Eddie Vedder die niks nodig heeft om iedereen het zwijgen op te leggen. Ik genoot van de strakke riffs, gierende gitaarsolo’s en beukende drums van Volbeat en Metallica, werd verrast door de branie van Måneskin en de fantastische stemmen van Dermot Kennedy, Floor Jansen en Greta van Fleet. De dankbaarheid en stralende gezichten van de mannen van Crowded House staan voor altijd op mijn netvlies. Ik denk dat zij ook niet meer goed wisten of ze het nog konden en of ze de kans ooit nog zouden krijgen!
Maar bovenal voelde het als een grote verademing om het leven, de vrijheid, de liefde en de muziek weer te mogen vieren! Die urgentie voelde je, bij zowel de bezoekers als de artiesten!

Én dat, maakte Pinkpop 2022 er eentje met een gouden randje! Óf om in de woorden van de allergrootste artiest van het hele weekend te spreken:

“I’m still Alive” ❤️

One Di-rect

Het is geen geheim dat artiesten na de teloorgang van de CD het niet meer van de directe muziekverkopen moeten hebben. Het streamingmodel is met name interessant voor de happy few met miljoenen streams. Dat is menig Nederlands artiest niet gegeven. Het is dus zaak om veel op te treden. Zelfstandige concerten zijn vaak risicovol want dan loopt de artiest mogelijk het risico om marketingkosten, zaalhuur en een annulering voor de kiezen te krijgen. Het festivalseizoen is daarom aantrekkelijk. Een mooie dagvergoeding, geen risico en vaak uitverkocht huis op een groter podium. Om relevant te blijven moeten er dan wel hitsingles worden gescoord, een festival line-up is alleen aantrekkelijk met bands die er toe doen. Dus achterover leunen en teren op de oude hitjes brengt je maar zover.

Er zijn genoeg one-hit wonders die jaarlijks het podium vullen, maar weinig zangers of bands zijn in staat zich te blijven vernieuwen. Vorige week hoorde ik de single ‘Through the looking glass’ van Di-rect, wat een heerlijke plaat van een band die al sinds 1999 met grote regelmaat hitjes maakt maar ook in staat is te blijven vernieuwen.

Het blijft een bijzonder verhaal. Vier vrienden uit rockstad Den Haag: Tim, Frans/Spike, Bas en Jamie die in het lokale circuit optreden en meeliften via het voorprogramma van Kane. Daarmee kwamen ze op het vizier van Rob Stenders die voor de airtime op de radio zorgt en dus grotere bekendheid opevert. Oud-collega Tony Berk pikt ze op onder Dino Music en met behulp van Dinand Woesthoff, Dennis van Leeuwen (beiden Kane) en Daniel Lohues (Skik) wordt in 2001 Discover uitgebracht. Dit eerste album werd direct goud en bevat ook de eerste hit ‘Just the way I do’. Na zes albums geeft leadzanger Tim Akkerman aan te willen stoppen en solo door te willen gaan. Voor veel bands toch de nagel aan hun doodskist, maar niet voor Di-rect. De zoektocht naar een nieuwe zanger krijgt vorm in het BNN-Vara programma ‘Wie is Di-rect?’ Als een duveltje uit een doosje staat Marcel Akkerman op, die in niets lijkt op Tim. Rossig, extravert en met een totaal ander stemgeluid klinkt Di-rect meteen veel volwassener dat het jeugbandje. De eerste toepasselijke single in de nieuwe samenstelling heet ‘The times are changing’, geeft daar duidelijk blijk van.  Hoewel ik Di-rect niet op de voet volg hoor ik ze regelmatig voorbij komen, Soldier on, Nothing to lose en nu Through the looking glass, allemaal nummers van deze tijd die aantonen dat deze Haagse formatie in staat is om mee te waaien met de wind die ze al 23 jaar in de lucht houdt. Een kleine schriftelijke ode dus, aan één van de betere bands van ons land. Geniet van de laatste single, ongetwijfeld een kraker tijdens het aankomende festivalseizoen.

Best Kept Secret (zaterdag)

Ons jaarlijkse muzikale hoogtepunt is toch iedere keer het Best Kept Secret festival in Hilvarenbeek. Een sfeervol aangekleed terrein langs het meer en door de bossen bij safaripark Beekse Bergen. Een goede mix tussen onbekende secrets en grotere headliners uit alle stromingen van de alternatieve muziekscene die beleefd wordt door een gevarieerd publiek van liefhebbers. Na 2 jaar zonder festival was het wel weer even aftasten hoe het festival zichzelf heeft herpakt maar op deze zaterdag hebben wij weer een heerlijke festivaldag beleefd.
Laten we beginnen met het grootste minpunt tegenover de eerdere edities. Dat zijn de nieuwe plastic bekertjes waarvan de kwaliteit een stuk minder is dan de hard plastic glazen van voorgaande jaren. Maar als dit dan het enige minpunt is, dan doe je het als festival gewoon weer heel goed.
Het terrein dat nu iets anders ingericht was heeft een grote positieve wijziging ondergaan en dat is de verplaatsing van de dansvloer van DJ St. Paul naar het midden van het terrein. Iedere keer wanneer je je over het terrein beweegt kom je langs The Floor waardoor je telkens in aanraking komt met dit gezellige danspodium. De eetgelegenheden zijn nog net zo uitgebreid waardoor je iedere keer weer keuzestress hebt welk bijzonder gerecht je nu weer moet nemen en dan zijn er nog twee andere ingrediënten over: de bezoekers en de muziek. (lees verder)

De bezoekers bestaan uit een heel gevarieerd publiek van heel jong tot oud maar samengevoegd zijn de bezoekers op BKS een tolerante groep die beseft dat iedereen met hetzelfde doel komt en die het eigenlijk niet uitmaakt wie er nu allemaal rondlopen of hoe men de muziek wil beleven. Elkaar lekker in de waarde laten, heel fijn in deze tijd. Wanneer men nu eens leert om niet hard door de muziek heen te praten zou het helemaal perfect zijn.

Blijft het belangrijkste onderwerp nog open staan, want geen muziekfestival zonder artiesten en dat waren er deze dag weer een aantal hele goede. Gezien de sterke programmering van de headliners op de twee grootste podia leek er iets minder ruimte om de nieuwere secrets te ontdekken. Natuurlijk hebben we niet alles kunnen zien maar onze route leidde ons langs Pip Blom in Two die heerlijk onbevangen het grootste publiek waar ze tot nu toe voor gespeeld hadden voor zich won.
Daarna door naar stage The Secret, maar de band waar we voor gingen was vervangen door een groep jonge jongens uit Manchester die met heerlijke Engelse bravoure hun energieke nummers speelden. Natuurlijk is het zaak om als Engelse band serieus te kijken maar toen het publiek steeds enthousiaster werd lukte het de gitarist niet meer zijn gezicht in de plooi te houden en verscheen er een grijns van oor tot oor. Hiermee was The Goa Express toch nog zo’n aardige secret waar je ieder jaar weer op hoopt. Terug naar het hoofdpodium waar de gevestigde naam dEUS een in onze ogen iets afstandelijker show gaf. Muzikaal goed, maar de iets zachter afgestelde muziek kon niet helemaal binnen komen, al creëerden ze nog wel een heerlijk festivalmoment doordat het publiek meezong bij de gitaarlijnen van ‘Instant Street’. Maar de band wist ons niet helemaal te overtuigen en hierdoor vertrokken we iets eerder zodat we vooraan konden staan bij Big Thief in stage Two.
En toen sloeg de figuurlijke bliksem naar binnen. Big Thief speelde zo’n goede show die onverwacht hard binnen kwam. Hun breekbare muziek werd harder en intenser gespeeld waardoor dit zo sterk was dat dit een van de betere liveshows uit het leven van deze schrijver was. Overrompeld door deze muzikale schoonheid werden de ogen wat vochtiger en maakte het ook niet uit dat de zangeres haar tekst even vergat bij het nummer ‘Not’. Misschien gaf dit juist wel wat extra’s aan het optreden en geholpen door haar band en het publiek herpakte Adrianne Lenker zich weer volledig en zong ze met nog meer urgentie de resterende nummers. met afstand ons hoogtepunt van de dag!
Terug naar Stage One waar waar Fontaines D.C. moest laten zien of ze hun opgebouwde status in coronatijd dan ook meteen op het grootste podium kunnen bewijzen. Nou en of ze dat konden. Met veel bravoure bediende de band hun snel groeiende fanbase met hun verveelde (dit is positief) post-punk hits van hun drie albums die de laatste 3 jaar in hoog tempo uitgebracht zijn. Tot ver in de avond kwam ‘Sha sha sha’ nog in je hoofd voorbij. Dit had ook zomaar de afsluiter van de dag mogen zijn.

Na een tweede maaltijd waarbij iedere foodtruck is bekeken en het aanbod zo ruim is dat een keuze maken moeilijk blijft, terug naar het hoofdpodium waar the Strokes hun al 3 jaar lang verwachte reputatie als headliner waar moet gaan maken. Nadat ze een minuut of 20 te laat verschenen voor een wat ongeduldig wordend publiek speelden ze hun nummers erg strak en was er op de muziek niets aan te merken. Hun nummers werden begeleid door kleurrijke visuals en dat was maar goed ook, want de podiumpresentatie van de band is gewoon saai te noemen. Dan hielpen de te lange en vage opmerkingen van de zanger tussen de nummers door ook niet mee om de vaart in het optreden te houden. Je vraagt je toch af of zanger Julian Casablancas onder invloed van een genotsmiddel was. Dit werd iedere keer weer goedgemaakt door de strakke muziek die dankbaar door de fans op het veld werd ontvangen. Tot ver op het veld kregen the Strokes de mensen enthousiast aan het dansen. Na dit optreden nog even terug naar onze favoriete stage Two waar Beach House voor een volle tent alle bezoekers sfeervol de nacht in liet dansen. 

Zo kwam de volle en mooie muzikale dag voor ons tot een einde en weten we dat Best Kept Secret nog net zo fijn is als voor de pandemie, tot volgend jaar!

Spinvis (live)

Driemaal is scheepsrecht. Nadat het concert al twee keer verplaatst was ging de show van Spinvis afgelopen vrijdag  dan eindelijk wel door. De muziek van Spinvis is lastig te omschrijven. Melancholieke Nederpop met poëtische teksten dekt de lading wel. Deze muziek wordt gemaakt door Erik de Jong die al zijn hele leven in de muziek werkzaam is. Al lang actief in de Utrechtste muziekscene, begonnen in punkbandjes, maar nu deelt hij onder de naam Spinvis al zo’n 20 jaar zijn muziek met de wereld. Het bijzondere aan Spinvis is, is dat nog lang niet iedereen hem kent, zijn Nederlandstalige muziek (gelukkig) niet zo commercieel is waardoor het ook niet veel op de radio wordt gedraaid, maar dat hij wel voor volle zalen speelt voor een publiek die de kwaliteit van zijn muziek weet te waarderen. Voor mij persoonlijk is dit de tweede keer dat ik hem live ga zien, toevallig ook voor de tweede keer in FLUOR in Amersfoort.

Na een drukke werkweek die vroeg op de vrijdagavond nog een beetje door je hoofd maalt, kwam de band klokslag half negen het podium op. Zodra Spinvis het eerste nummer ‘Icarus’ inzette gleed de drukte van de werkweek van de schouders en werd ik meegenomen in de poëtische wereld die Spinvis creëert. Tijdens dit optreden kwam het besef dat Spinvis hele visuele teksten heeft. De situaties die hij in zijn teksten beschrijft zie je in je hoofd ook voor je.

Van het eerste nummer ‘Icarus’ tot het laatste nummer ‘De grote zon’ gaf de zeskoppige band hun mooie nummers aan het publiek. Een kwaliteitsband met multi-instrumentalisten die geleid wordt door Erik de Jong, maar die met zijn zessen de muziek van Spinvis live zo’n mooie gelaagde diepgang geeft.

“Het is oranjerood en komt ons tegemoet
En alles is nu goed
Alles is oké
Alles is oké”

Chef’Special (live)

Na lang uitstel vanwege die stomme pandemie waar we liever helemaal niet meer over praten stond Chef’Special zaterdag in een uitverkochte AFAS Live. Samen met mijn 14 jarige dochter die toch al zo’n 1/3 van haar leven fan van deze band is bezochten wij ze voor de tweede keer in deze zaal. Waar wij bij ons eerste bezoek nog wat veilig op de tribune zaten stonden we nu redelijk voor in de zaal tussen heel veel enthousiaste jonge mensen. Het publiek is heel gevarieerd, maar ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat er iets meer dan gemiddeld jonge vrouwen vooraan staan die de frontman Joshua Nolet net iets leuker vinden dan dat je normaal een zanger leuk vindt. Maar zelf ook niets dan lof over de band en de frontman.

Er werd een show van positiviteit aan het publiek gegeven waar je u tegen zegt. Chef’Special was uitgebreid tot een formatie van 6 man en bij veel nummers kwam er nog een blazerssectie van 5 man bij. Dit elftal trakteerde het publiek op een hitshow van een uur en 3 kwartier. Ik was verbaasd hoeveel nummers ik wel kende en hoe lekker het was om deze voluit mee te zingen. Verder waren alle ingrediënten aanwezig om de Chef’Special weer aan het publiek te serveren. Vuurwerk, confetti maar vooral een hele enthousiaste band die muzikaal van hoge kwaliteit was. Dit alles werd geleid door Joshua, de energieke en enthousiaste frontman die het elftal aan muzikanten aanvoerde. Natuurlijk een hoofdrol voor de aanvoerder, maar hij gaf de andere tien ook alle ruimte om te schitteren. Persoonlijk favoriet hierbij was toch de trompetsolo die aan het einde de zaal nog even naar een euforisch moment bracht.
Een ander hoogtepunt was toch waarin Joshua vroeg om vier “yeahs” zodat we bij de laatste yeah de ellende van de afgelopen jaren achter ons konden te laten. Het leek of de hele zaal dat graag wilde want er kwam een oerkreet uit de menigte die ik in al mijn concertjaren nog nooit zo gehoord heb. Chef’Special is gewoon een band van internationale allure met inmiddels een avondvullende hitshow in hun bezit. Er werd luidkeels meegezongen, gedanst, een sit-down en gesprongen. Muzikaal beheersen zij de combinatie van ska, reggae en hip hop zo goed dat ze echt een compleet eigen sound hebben ontwikkeld die ook buiten Nederland veel groter zou kunnen zijn.
Met mijn dochter afgesproken dat we ze ook nog wel een keer in een kleinere zaal willen zien, maar of dat makkelijk wordt weet ik niet.
Toen wij weer naar de auto liepen werd de populariteit van de zanger nogmaals bevestigd: “Pap, als ik met iemand als Joshua thuis zou komen, zou je dat dan goed vinden?” “Tuurlijk lieverd.”

The Chief

Herinnert u zich deze nog, nog, nog?

De jaren 80 kende veel muziekstromen, muziek werd veelal gedreven door nieuw ontwikkelde technologie. Synthesizers, samples en special effects stonden eind jaren 80 ook aan de basis van New Jack Swing. Een mix van R&B met een hip-hop beat waarvan Keith Sweat de grondlegger was. Langzame ballads met een hoog slaapkamergehalte afgewisseld met uptempo dansbare muziek met eigen moves waaronder de slide. Grote artiesten gingen mee in het genre waaronder Janet Jackson en DelaSoul. Veel van de songteksten zouden in dit me-too tijdperk de toets niet doorstaan. Zelf de artiesten van toen hebben deze toets niet doorstaan, R. Kelly als lichtend voorbeeld, die duidelijk is gaan geloven in zijn eigen songteksten, met alle gevolgen van dien.

Ook in Nederland kreeg swingbeat voet aan de grond, met name aan het eind van de nineties en begin zero’s. Het was nog de tijd van de verzamelalbums en de New Jack Swing en No Sweat albums vlogen de deur uit. Ook bij mij kwam er regelmatig rook uit de CD-speler als deze op volle toeren aan het draaien was om SWV en Boyz II Men uit de speakers te laten galmen.  Dat swingbeat niet alleen voorbehouden was aan Amerikaanse artiesten werd snel duidelijk, ook in Nederland konden we er wat van. Misschien wel de twee meest bekende swingbeat hits die dansklassiekers zijn geworden zijn Back by Dope demand  uit 1990 en het Nederlandstalige Dansplaat uit 2002. Toch was er één artiest die er voor mij met kop en schouders bovenuit stak. De in Suriname geboren Peter van der Bosch maakte zijn eerste plaat op 16-jarige leeftijd nadat hij al had geëxperimenteerd met electric-boogie en beatboxen. Hoewel Pick up the pieces nog geen daverend succes werd, was de dubbelaar uit 1989  That’s how I’m living en The Chief een succes. Tony Scott was ineens een begrip en niet alleen in Nederland. In het Verenigd Koninkrijk en de USA sloeg de muziek ook aan. Tony is van oorsprong een Amazone-indiaan en zijn singles waren biografisch. De populariteit nam grotere vormen aan met het verschijnen van de single Get into it in 1990 en leiden tot optredens in het buitenland en samenwerking met Ben Liebrand en Boyz II Men.  Met Love let love bracht hij mijn favoriete plaatje uit. En net zoals het met sommige vrienden gaat verdween de muziek van Tony Scott langzaam naar de achtergrond. Net als Tony zelf bij wie in 2014 MS werd geconstateerd waardoor hij zich moest terugtrekken uit de muziekwereld.

In een spontane opwelling keek ik af en toe of ik op Spotify zijn muziek kon vinden, maar helaas. Tot ik vorige week woensdag The Chief op de radio voorbij hoorde komen en dit met een swingbeat vriend besprak. Hij vertelde me dat een paar fans er werk van hadden gemaakt om de muziek op Spotify te laten publiceren. Dus met groot plezier kan ik delen dat dit is gelukt. Dus voor iedereen die nog niet bekend was met het fenomeen swingbeat en Tony Scott, hierbij The Chief..

Berlijn / Freiheit

We leven in een tijd van tegenstellingen. De stille middenweg lijkt niet meer belopen te mogen worden. Een mening moet extreem zijn en de tegenstanders van die mening proberen nog extremer hun tegengeluid te laten horen. Hoe fijn zou het dan zijn als er een plek bestaat waar iedereen met acceptatie van een ander naast elkaar lijkt te leven.
Die plek heb ik afgelopen week bezocht: Berlijn.

Door de ogen van een toerist lijkt Berlijn die stad te zijn waarin men elkaar vrij laat en accepteert. Na 4 dagen in deze wereldstad rondgelopen te hebben en alle bekende toeristische plekken bezocht te hebben valt het op hoe relaxed deze stad zich opstelt. Een enorm vrije sfeer met veel cultuur waarin de stad zijn historische, toch niet altijd even mooie, verleden toont en hiervan geleerd lijkt te hebben door nu juist te tonen dat iedereen wel samen kan leven. Natuurlijk zijn alle bekende hoogtepunten bezocht: Brandenburger Tor, Holocaustmonument, De Muur, Checkpoint Charlie, Gedächtniskirche en de bekende Platzen. Alle plekken uit ‘Over de muur’ van Klein Orkest hebben we afgetikt. Maar de plekken waar ik mij enorm vrij voelde en waar iedereen in zijn waarde werd gelaten was in de wijk Kreuzberg en in het park Tiergarten. In de multiculturele wijk Kreuzberg wonen en leven alle culturen en soorten mensen gemoedelijk naast en door elkaar. Die andere plek was in het grote park Tiergarten. Hier was naast een restaurant aan een meertje tussen de bomen een biergarten opgesteld waar een soort festivalsfeer heerste en iedereen ook zelf aan het genieten was zonder zich erg druk te maken over anderen.
En ik geef het toe hoor. Ook ik heb snel een uitgesproken mening paraat, maar op deze twee plekken leek deze er even niet toe te doen. Zou fijn zijn wanneer dit in onze samenleving ook wat weer meer terug zou keren. Leven en laten leven.

ode David Bowie aan zijn stad Berlijn

Claw Boys Claw

Begin jaren ’90 kwam ik in aanraking met Claw Boys Claw, dit was doordat hun enige radiohitje Rosie met regelmaat op 3FM werd gedraaid. Niet direct het nummer dat representatief is voor de rest van hun oeuvre, maar wel vriendelijk voor op de landelijke radio. Maar hierdoor ging ik mijzelf wel verdiepen in de band en kocht het album Sugar. Lekker vol vuige rammelende  nummers die eigenlijk allemaal veel beter waren dan hun enige hit. Wanneer je naar de muziek van Claw Boys Claw luistert krijg je het verlangen om de band live te zien en toch is dit in al die jaren dat de band bestaat nog nooit gebeurd. Tot zaterdagavond toen de band in Fluor in Amersfoort speelde.

Aangevoerd door zanger Peter te Bos, inmiddels de leeftijd van 70 gepasseerd, deed de band waar ik op hoopte. Hun lekkere vuige en rauwe gitaarrock de zaal in blazen met een energie alsof ze net begonnen zijn. Peter te Bos eigende zich de zaal toe. Sprak de ‘praters’ in de concertzaal aan, liep tijdens een nummer de hele zaal door, maar stond vooral als frontman nog steeds met veel speelplezier op het podium. Zijn stem heeft in al die jaren nog dezelfde kwaliteit als toen ik hem in de jaren ‘90 leerde kennen. Uit niets bleek dat we hier al met een oudere band te maken hadden en ze speelden in hoog tempo hun nummers voor het steeds enthousiaster wordende publiek. De hele band speelde erg strak, maar er moet toch een extra shout out naar de gitarist uitgaan die erg goed en technisch speelde met en urgentie alsof zijn leven er vanaf hing. Aan het eind van de avond, toen de hele zaal aan het dansen was en het zweet van de muren droop, liet Claw Boys Claw een zaal achter met mensen die stuk voor stuk genoten hebben van de energie van deze band. Dit zijn de fijnste concerten. Kleine zaaltjes, een energieke band en een publiek dat ieder nummer steeds meer in het optreden opgaat.