Kravitz in de bonen

Zo bladerend door je platenkast komen er bij bepaalde albums ook specifieke herinneringen naar boven. Ook al beluister je de albums zelf niet meer met grote regelmaat, de herinneringen blijven speciaal.
Bij het zien van het debuutalbum van Lenny Kravitz kwamen opeens de herinneringen uit de zomer van ’90 weer boven. Aangezien ik dat jaar examen had gedaan en een lange zomervakantie moest vullen ging ik met een vriend bij een lokale tuinder in de kassen werken. Een afwisselend vakantiebaantje waarin we alle zomergroenten die je kan bedenken moesten oogsten voordat deze naar de veiling werden gebracht.

Bloemkolen kappen, tomaten plukken maar vooral bonen plukken, veel bonen plukken. Zo veel bonen plukken dat je ’s nachts in je dromen alleen maar bonen voorbij zag komen wanneer je je ogen dicht deed. Aangezien de moestuin van mijn ouders ook nog bonen voortbracht kon ik aan het eind van deze zomer echt geen boon meer op mijn bord zien. Bij dit baantje werkte je zowel buiten op het veld als in de kassen en in de kassen was het grote voordeel dat de radio hard aan kon en je veel muziek voor bij hoorde komen op het toenmalige 3FM. Er was één nummer dat nooit een grote hit is geworden, maar waar ik wel helemaal door gegrepen werd. Dit was “Does anybody even out there even care” van Lenny Kravitz die net een half jaar eerder zijn succesvolle debuutalbum “Let love Rule” had uitgebracht. Het bijzondere was dat deze nieuwe artiest ook nog alle instrumenten zelf had ingespeeld. Dus van mijn eerste zwart verdiende guldens ging ik naar de lokale platenzaak om deze cd te kopen. Mega trots op mijn zelf verdiende album heb ik deze tot in den treure gedraaid zodat ik nu 30 jaar later nog iedere “oeh en ah” en ieder gitaarriffje mee kan neuriën. Inmiddels is de liefde voor Lenny wel wat minder geworden aangezien hij zichzelf als artiest niet helemaal heeft doorontwikkeld, maar de liefde voor dit eerste (en zijn beste) album blijft en hierdoor ook de herinneringen aan mijn eerste vakantiebaantje.